Je kunt zelf bepalen wat er met je lichaam gebeurt na je overlijden. Die keuze kun je laten vastleggen in de laatste wilsbeschikking, een document dat je kunt opvragen bij de dienst Burgerzaken in je gemeente.

In de laatste wilsbeschikking kun je aangeven:

  • of je kiest voor een begrafenis of een crematie

  • volgens welke levensbeschouwing de eventuele uitvaartplechtigheid moet worden gehouden

  • in welke gemeente jouw laatste rustplaats zal zijn (in België of in het buitenland)

  • en of je een uitvaartcontract hebt.

Bij elk overlijden gaat de gemeente na of de overledene een laatste wilsbeschikking heeft laten registreren.

Wat zijn de wettelijke mogelijkheden na een overlijden?

Je kunt kiezen voor begraving of crematie. Je kunt aangeven of de crematie gevolgd wordt door:

  • begraving van de as binnen een begraafplaats

  • bijzetting van de as in een urnenmuur (columbarium)

  • uitstrooiing van de as:

    • in een strooiweide op een begraafplaats

    • op de aan het grondgebied van België grenzende territoriale zee

  • begraving of verstrooiing van de as buiten de begraafplaats (dit kan enkel wanneer de overledene dit schriftelijk heeft bepaald of op verzoek van de ouders of voogd van een minderjarige)

  • begraving, verstrooiing of bewaring van de as op een andere plaats dan de begraafplaats.

Hoe kan ik het ritueel voor de uitvaartplechtigheid bepalen?

In de laatste wilsbeschikking kun je het ritueel van de plechtigheid laten opnemen:

  • Katholieke godsdienst

  • Protestantse godsdienst

  • Anglicaanse godsdienst

  • Orthodoxe godsdienst

  • Joodse godsdienst

  • Islamitische godsdienst

  • vrijzinnige levensovertuiging

  • neutraal filosofische overtuiging.

Opgelet: als je geen keuze van ritueel hebt aangeduid in je laatste wilsbeschikking, wil dat niet zeggen dat je expliciet aangeeft dat je geen ritueel wenst. Daarvoor maak je best een aparte verklaring op, bv. bij een notaris.

Nadeel hierbij is dat een testament meestal pas geopend wordt nadat de uitvaart plaats heeft gehad. In dat geval kennen de nabestaanden je wensen over het ritueel voor de uitvaartplechtigheid niet, en kiezen ze misschien een andere vorm van ritueel.

Kunnen er nog wijzigingen worden gemaakt zodra ik mijn laatste wilsbeschikking heb ingediend?

Het is altijd mogelijk om zelf wijzigingen aan je laatste wilsbeschikking in te dienen via een nieuwe aanvraag bij de Dienst Burgerzaken. Je nabestaanden kunnen echter niets veranderen aan de wilsbeschikking en moeten je laatste wil nakomen.

Mogen de nabestaanden na crematie de as van een overledene zelf bijhouden?

De nabestaanden kunnen de as ook bewaren. Maar bij het einde van deze bewaring:

  • moet de as worden teruggebracht naar de begraafplaats om er begraven, bijgezet in een columbarium of uitgestrooid te worden

  • of kan de as worden uitgestrooid, bewaard of begraven in een urne vervaardigd uit biologisch afbreekbare materialen op een door de gemeenteraad afgebakende andere plaats dan de begraafplaats.

Wat indien er geen laatste wilsbeschikking werd geregistreerd?

Indien de overledene niet bij akte de wens heeft uitgedrukt zijn/haar lichaam te laten verbranden, kan elke persoon die bevoegd is om de begrafenis te laten uitvoeren, een schriftelijke aanvraag om verlof tot lijkverbranding richten aan de ambtenaar van de dienst Burgerlijke stand.

Voorwaarden

Je moet 16 jaar zijn.

Ouders kunnen in de plaats van hun kind een wilsverklaring ondertekenen wanneer het kind jonger is dan 16 jaar. De minderjarige kan de beslissing wijzigen zodra hij zestien jaar oud is.

Procedure

Registratie van je laatste wilsbeschikking (zonder afspraak)

Breng het formulier "laatste wilsbeschikking" binnen bij team Burgerzaken.

Meebrengen:

  • Je identiteitskaart

  • Een ingevuld en ondertekend formulier laatste wilsbeschikking

  • Indien er een uitvaartcontract is afgesloten kan je dit meebrengen ter controle (optioneel)


Hier kan je je attest 'wijze van teraardebestelling en/of rituelen' aanvragen. Dat attest vermeldt welke keuzes je hebt gemaakt.'

Kost

Gratis.

Meer info

Regelgeving

Wet van 28 december 1989 op de begraafplaatsen en de lijkbezorging.
Decreet van 16 januari 2004 op de begraafplaatsen en de lijkbezorging.
K.B. van 19 april 2006 (B.S. 5 mei 2006) tot wijziging van het K.B. van 16 juli 1992 tot vaststelling van de informatie die opgenomen wordt in de bevolkingsregisters en het vreemdelingenregister.
Decreet van 14 februari 2011 (B.S. 28 maart 2011) op de begraafplaatsen en lijkbezorging.
Op 15 maart 2013 verscheen in het Staatsblad het decreet van 22 februari 2013 houdende wijziging van het decreet van 16 januari 2004 op de begraafplaatsen en de lijkbezorging, wat de vermelding van het bestaan van een uitvaartcontract in de wilsbeschikking betreft. 

Kunnen we deze pagina inhoudelijk nog verbeteren? Laat het ons gerust weten